Leven lang ontwikkelen
Leven lang ontwikkelen is een Europees kengetal waar jaarlijks nieuwe cijfers over verschijnen. Deze cijfers zijn gebaseerd op de Enquête Beroepsbevolking (EBB). De EBB is een enquête waarmee informatie over de arbeidsmarkt en gerelateerde kenmerken van personen wordt verzameld, zoals onderwijsdeelname en het hoogst behaalde onderwijsniveau.
In dit kengetal zijn jaarcijfers opgenomen voor personen van 25 tot 65 jaar. Het kengetal wordt gepresenteerd voor het totaal van de 28 landen van de Europese Unie en voor Nederland. Vervolgens is leven lang ontwikkelen uitgesplitst naar leeftijd en hoogst behaald onderwijsniveau in combinatie met geslacht. Daaronder staan cijfers over leven lang ontwikkelen naar positie op de arbeidsmarkt.
Leven lang ontwikkelen (25 tot 65 jaar) voor de EU-28 en Nederland
Europese Unie (28 landen) | Nederland | |
---|---|---|
2010 | 9,3 | 17,0 |
2011 | 9,1 | 17,1 |
2012 | 9,2 | 16,9 |
2013 | 10,7 | 17,9 |
2014 | 10,8 | 18,3 |
2015 | 10,7 | 18,9 |
2016 | 10,8 | 18,8 |
2017 | 10,9 | 19,1 |
2018 | 11,1 | 19,1 |
2019 | 11,3 | 19,5 |
In Nederland geeft 19% van de 25- tot 65-jarigen aan een opleiding of cursus te volgen. Hiermee ligt de deelname aan leven lang ontwikkelen in Nederland hoger dan gemiddeld in de EU. In de afgelopen tien jaren is de deelname aan leven lang ontwikkelen in Nederland weinig veranderd.
Leven lang ontwikkelen naar geslacht en leeftijd
Totaal | Mannen | Vrouwen | |
---|---|---|---|
Totaal 25 tot 65 jaar | 19,5 | 18,5 | 20,4 |
25 tot 35 jaar | 29,2 | 29,3 | 29,2 |
35 tot 45 jaar | 20,3 | 18,6 | 21,9 |
45 tot 55 jaar | 16,8 | 15,0 | 18,6 |
55 tot 65 jaar | 12,4 | 11,9 | 12,9 |
Naarmate personen ouder worden, neemt de deelname aan leven lang ontwikkelen af. Zo zijn er van de groep 25- tot 35-jarigen meer dan twee keer zoveel die een opleiding of cursus volgen als onder de 55- tot 65-jarigen. Bij de jongste groep zijn er relatief veel die nog een lange opleiding volgen en gaat het bijvoorbeeld om langstudeerders, terwijl onder de oudere groepen de cursussen veel meer in trek zijn. Vrouwen volgen vaker nog een opleiding of cursus dan mannen in die leeftijdscategorie.
Laagopgeleid | Middelbaar opgeleid | Hoogopgeleid | |
---|---|---|---|
Totaal | 10,2 | 19,0 | 25,1 |
Mannen | 10,4 | 18,9 | 22,8 |
Vrouwen | 10,1 | 19,2 | 27,4 |
Het volgen van een opleiding of cursus is onder hoogopgeleiden gebruikelijker dan onder laagopgeleiden. Zo ging het bij de hoogopgeleiden in 2019 om een kwart van de 25- tot 65-jarigen, onder laagopgeleiden was dat 10%. Vooral hoogopgeleide vrouwen nemen relatief vaak deel aan leven lang ontwikkelen. Ook bij de middelbaar opgeleiden komt het bij vrouwen iets vaker voor dat er nog een cursus of opleiding wordt gevolgd dan bij mannen. Bij de laagopgeleiden komt dit daarentegen juist vaker voor bij mannen dan bij vrouwen.
Leven lang ontwikkelen (25 tot 65 jaar) naar positie op de arbeidsmarkt
Werkzaam | Werkloos | Niet-beroepsbevolking | |
---|---|---|---|
2010 | 18,6 | 18,4 | 11,0 |
2011 | 18,7 | 17,8 | 10,6 |
2012 | 18,6 | 17,0 | 9,9 |
2013 | 19,8 | 17,1 | 10,1 |
2014 | 20,3 | 16,7 | 10,2 |
2015 | 20,8 | 18,3 | 11,0 |
2016 | 20,6 | 18,1 | 11,2 |
2017 | 20,7 | 18,2 | 12,1 |
2018 | 20,6 | 18,6 | 12,5 |
2019 | 20,8 | 19,5 | 12,7 |
Personen die werkzaam zijn of werkloos volgen vaker een opleiding of cursus dan degenen die tot de niet-beroepsbevolking behoren. Tien jaar geleden was de deelname aan leven lang ontwikkelen onder de werkzame beroepsbevolking en werkloze beroepsbevolking ongeveer gelijk, in de jaren daarop liep dat echter uit elkaar en nam het leven lang ontwikkelen onder werklozen af. Dit had onder andere te maken met de toename van het aantal werkloze personen in deze periode. Vanaf 2015 stijgt het aandeel dat een cursus of opleiding volgt ook onder werklozen weer, terwijl dit onder werkzamen vrij stabiel is gebleven.